Selecteer een pagina

Een Britse buldog zag voldaan
zijn foto in de kranten staan.
“Ik lijk zo sprekend”, sprak het beest,
dat ik dit zelf kon zijn geweest.
Maar aan het bijschrift; bitse bruldog,
is vast een Ierse setter schuldog.

Kees Stip Nederlands dichter 1913-2001

portret: “Jakob  Muis”  †

Landgoed Den Treek •  [foto] Kees de Graaff • 8-10-2016

Nee, helaas ik heb geen fascinatie voor het menselijk bestaan. Mensen houden van elkaar, en slaan elkaars koppen in. Daar komt nog bij dat ik zelf ook ‘mens’ ben. (Ik bedoel maar.) Daarentegen ben ik zeer zeker wel heftig geinteresseerd in het muiselijk bestaan. Het [fotograferen] van muizen ligt ten grondslag aan mijn portret[fotografie]. Een manier om iets van het leven te begrijpen. Daarmee wil ik niet zo zeer de mensheid alswel de muisheid een gezicht geven.

De organisatie van 033[Foto]Stad nodigde mij uit om iets te vertellen over het ‘ontwerpproces’ van het iconische portret van Jacob Muis. Deze vraag bracht mij aanvankelijk in grote verlegenheid. Dit om de eenvoudige reden dat ik totaal niets ‘ont-worpen’ had. Dit laat niet onverlet mij niet verschoond te voelen om een duidelijk antwoord te geven over de ontstaansgeschiedenis van deze plaat. Of moet ik ‘beeld’ zeggen? Laten we het gemakshalve gewoon een ‘portret’ noemen.

Principieel ver-werp ik ont-werp. Niet het ‘ont-worpene’ maar het ‘ge-worpene’ houdt mij in de ban. Want niet alleen ik maar ook Jakob zijn ook maar gewoon in deze wereld ge-worpen . We hebben er niet om gevraagd hier te zijn. Weliswaar kunnen Jakob en ik zaken ver-werpen, dat veranderdt niets aan ons ge-worpenheid alhier. Nu moet straks Jakob wel ge-borgen worden, maar waar ik mij als portret[fotograaf] werkelijk mee bezig houdt is het ont-bergen van zaken die zich voor de muisheid ver-bergen. Dat is de wezenlijke kracht en magie van mijn portret[fotografie]. Ik weet zeker dat dit portret u nu de schoonheid van het heden laat voelen, laat zien, en het u ook de kracht van de toekomst toont. Uw toekomst, mijn toekomst en de toekomst van Jakob in het [fotografisch] hiernamaals. Nee, het portret van Jacob is echt niet ont-worpen, het is mij toe-ge-worpen, en dat dan wel zeer beslist dankzij het extern ont-worpene. En dat ‘ont-worpene’ bevat vele, vele toegepaste ont-werp-processen.

Het scherm waar uw blik nu op rust is ontworpen. De camera, welke de data van het portret heeft vergaard is ont-worpen. Ook de vele tussenliggende stappen welke het mogelijk maakte om uiteindeijk het portret te kunnen aanschouwen is schatplichtig aan vele ontwerp-processen. Processen ont-worpen door onnoemlijk veel wetenschappers en ingenieurs. En dan zeer zeker ook niet te vergeten de ‘schematiek’ die gehanteerd is om de verzamelde data ordelijk te presenteren, in de vorm van informatie die men [foto] noemt. De gebruikte schematiek is die van het ‘lineaire perspectief’, welk op zich ook weer ont-worpen is, doch zeer zeker niet door mij. Genoeg over het ontwerp-proces. Laten wij terug keren naar het iconische portret van Jakob Muis.

 

Dit alles wil niet zeggen dat ik geen be-doel-ing had. Ik was steevast van plan om Jakob met ‘mooi’ licht te vereeuwigen, te weten met speciaal ‘Den Treek Licht’. Ik had alles klaar staan in de Studio, totdat ik mij realiseerde dat het allermooiste ‘Den Treek Licht’ natuurlijk uitsluitend te vinden is op het landgoed Den Treek. Dus ik maakte met Jakob een afspraak voor een [foto]shoot ergens in het bos aldaar.

Het is en blijft altijd heel bijzonder als een muis voor mij poseert. De muis geraakt dan op zo een moment in aanraking met zichzelf. En ook ikzelf als [fotograaf] raakt dan verstrikt in een ‘zijns’ moment, waarvan ik dan niet precies meer weet van wie het moment van het ‘zijn’ nu eigenlijk is:  van de afwachtende [fotograaf] of de alerte muis die voelt hoe hij met zijn ‘zijn’ in een lichaam zit.

Het werd een hylarische [foto]shoot want Jakob nam onafgesproken zijn gehele familie mee. Na een vrolijke picnic gingen Jakob en ik aan de slag en het is me gelukt om die ganse rondrennende familie ver-borgen te houden. Dat wil zeggen buiten-beeld, wat trouwens een heel gedoe was, als ik eerlijk mag zijn. 

Men zegt dat ieder portret altijd autobiografisch is in zekere zin. Nu, na deze sessie met Jakob kan ik dit niet meer ontkennen. Toen ik zag hoe Jakob worstelde met het obstakel, het stokje, ging er een schok van herkenning door mij heen. Voor Jakob was het obstakel ‘on-over-komelijk’. Een situatie welke mijn eigen innerlijk op treffende wijze weerspiegelde. Want ik verkeer deze weken al geruime tijd in de angstige gemoedstoestand van het ‘niet er over heen kunnen komen’, welk mij soms een doods gevoel geeft. Wat nu treffend verbeeld is, want mijn camera kent mij beter dan wie dan ook. De [foto] als raam, waar Jakob door heen kijkt, weerspiegelt mijn strijdende ziel.

Nu stond ik voor de schone taak om het vast-gelegde ‘gebeuren’ te herscheppen tot een ‘gebeurtenis’.  Om het ‘gebeuren’ los te zingen van de tijd, en om de dramatiek te accentueren, besloot ik de rauwe [foto]data te vertalen in allerlei grijstinten, een zwart-wit [foto] dus. Doch de nabestaanden van Jakob protesteerde hevig. Zij vonden het muizen bestaan al tamelijk grijs, Jakob moest in kleur blijven voort leven in het [fotografisch] hiernamaals. Uit diep respect heb ik mij gevoegd naar hun wensen. Vandaar dat het iconische portret van Jakob nu hier voor u toch in kleur verschijnt. Heb ik daarmee dan niet mijn eigen artistieke integriteit verloochend? Kunt u zich terecht afvragen. En ook deze vraag brengt mij wederom in verlegenheid.

Kijk het zit zo: Het ‘gebeuren’ is vastgelegd in een electronisch bronbestand, de ‘raw-file’, waarin alle informatie ligt opgeslagen. Deze informatie kan zichtbaar gemaakt worden, en dan ziet men een [foto], of beter gezegd, men ziet uitsluitend de informatie van die [foto] in de vorm van een [foto]. Het wonder van het medium. Nu is het zaak om deze informatie betekenis te geven. Bij [fotografie] is dat een verwarrend iets, want de meesten van ons ervaren die informatie alszijnde de betekenis ervan, en dat kan natuurlijk niet. Het is de schone taak en verantwoordelijkheid van de [fotograaf] om zijn technisch verzamelde informatie (data) betekenis te geven. Dit doet hij door de informatie te ‘bewerken’, zoals het betaamt bij moreel en ethisch rentmeesterschap, want we praten hier wel over het ‘bewerken’ van de ‘werkelijkheid’ en niets minder dan dat. Zou ik de informatie van die werkelijkheid vertalen naar zwart-wit, dan maak ik mij schuldig aan ‘manipulatie’ van die werkelijkheid. En dat is voor iedere [fotograaf] de absolute dood-zonde. Waarom worden er dan toch nog zoveel zwart-wit [foto’s] gemaakt? Dit doen wij [fotografen] doorgaans uit consideratie voor het verstopte bewustzijn van de toeschouwer, uit piëteit zogezegd. Want de gemiddelde burger kan de ontwikkelingen van de [fotografie] en daarmee ook die van de ‘werkelijkheid’ niet echt meer bijbenen.

Ook voor Jakob werd het uiteindelijk allemaal te veel, want voor de muisheid is het om begrijpelijke redenen nog vele malen moeilijker om alle maatschappelijke veranderingen te volgen, laat staan te begrijpen. Ik hoop dat ik dit met het iconisch gelaagde portret van Jacob Muis heb kunnen verduidelijken. Rest in Peace, Jakob.

Muizen zijn net als echte mensen
Zo hebben zij hun eigen muizen wensjes:
Gewoon beschuit,

met gestampte mensjes

Kees de Graaff  |  9 oktober 2026  | Amersfoort

:

:

Dit is een artikel uit de serie : 033[Foto]Stad 2016.

De artikelen zijn een spontane, persoonlijke en vrijwillige bijdrage aan de twee-jaarlijkse [foto]manifestie alhier in Amersfoort

Deel   VI

In gesprek met de [Foto]  (In voorbereiding)

Schrijf je in voor

Mijn Nieuwsbrief

En blijf op de hoogte van mijn nieuwe artikelen. Die uitsluitend zullen gaan over mijn zoektocht en ideëen betreffende [fotografie]

You have Successfully Subscribed!

Pin It on Pinterest

Share This